Geteld en te licht bevonden.
Geteld en te licht bevonden.
Inleiding.
Voor hen die de Bijbel enigszins kennen gaat er na het lezen van de titel van dit artikel al een lichtje op, ze kennen het verhaal van de goddeloze koning Belsassar en z’n ondergang. Het is inderdaad mijn bedoeling de geschiedenis van deze koning aan te halen maar nog meer is het mijn bedoeling een parallel te trekken naar onze tijd waarin men zich op de Titanic waant en al kaartspelend ten onder gaat want ondanks dat vele mensen lid van een kerk zijn beseffen ze niet dat deze ‘beschaving’ ten einde loopt en dat onze Here een punt achter deze ontwortelde maatschappij zet. Door mijn beroep kom ik in vele kerkgebouwen op de Zaterdag en het komt zelden voordat ik op het ‘tekstbord’ voor de komende Zondag een schriftlezing zie die toepasbaar is op de tegenwoordige tijd. U zal begrijpen dat ik eind februari dan ook aangenaam verrast was dat ik in een Vrijgemaakt Gereformeerde Kerk de lezing voor de daarop volgende Zondag zag want men ging Mattheus 24: 51 ev en Mattheus 25: 1-13 lezen. Ik vond het prachtig dat de ‘eindtijd’ in de belangstelling stond in die kerk, jammer dat ik 1 Thessalonicenzen 4: 13-18 er niet bij zag staan, maar toch.... men schonk die Zondag aandacht aan de profetieën! Ik vond het prachtig dat men deze ging belichten en daarom is het zo jammer dat zich christen noemende kerkleden door de week zo werelds bezig zijn. Het Reformatorisch Dagblad bestede kortgeleden in een paginagroot artikel aandacht aan het gezwel dat men het ‘piramide spel’ noemt, deze krant beklaagde zich omdat juist in hun kringen en onder de Vrijgemaakt Gereformeerde Kringen zo veel deelnemers zijn van dit verwerpelijke ‘spel’ dat enkelen steenrijk maakt en velen straatarm. Toen ik dat artikel las en nadacht over de eerder genoemde schriftlezing dacht ik bij me zelf: ‘Die arme dominees kunnen zich ook wel het vuur uit de sloffen preken op Zondag en even zo vrolijk gaat men op maandagavond weer naar een meeting van de piramideclub. Onder andere deze dingen brachten mij tot dit schrijven, hebzucht verblindt de menselijke geest voor de ware rijkdom in Christus die Zelf zei dat Hij en de afgod Mammon niet samen door de zelfde deur kunnen.
“Verzamelt u geen schatten op aarde, waar mot en roest ze ontoonbaar maakt en waar dieven inbreken en stelen; Maar verzamelt u schatten in de hemel, waar noch mot noch roest ze ontoonbaar maakt en waar geen dieven inbreken of stelen. Want, waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn. De lamp van het lichaam is het oog. Indien dan uw oog zuiver is, zal geheel uw lichaam verlicht zijn; Maar indien uw oog slecht is, zal geheel uw lichaam duister zijn. Indien nu wat licht in u is, duisternis is, hoe groot is dan de duisternis! Niemand kan twee heren dienen, want hij zal of de ene haten en de andere liefhebben, of zich aan de ene hechten en de andere minachten; gij kunt niet God dienen en Mammon.”
Mattheus 6: 19-24
We leven in het laatst der dagen, onze Here kan heel spoedig komen op een moment dat de mensheid Hem niet verwacht zal Hij Zijn Gemeente tot Zich nemen en we moeten ons afvragen of iemand die verzot is op geld dan wel met Hem mee zal gaan gezien vers 24 uit Mattheus 6. Laat ieder die het aangaat daar oprecht notitie van nemen want het slappe antwoord dat de Reformatorische organisator gaf is de moeite van het overwegen niet waard want hij zei: ‘Je mag best meedoen met onze methode als je je hart er maar niet op zet’(!?) Doet zo’n man aan zelfbedrog of zoekt hij op een afschuwelijke vrome wijze nog meer slachtoffers? De Here weet het want Hij ziet het hart aan. Voor mij staat vast dat dergelijke mensen niet uitzien naar de komst van de Here want anders waren ze niet zo tuk op geld en goed.
Feestend naar de ondergang.
’Koning Belsassar richtte een grote maaltijd aan voor zijn machthebbers, duizend in getal; en in tegenwoordigheid van die duizend was hij aan het wijndrinken. Belsassar beval bij het genot van de wijn, dat men het gouden en zilveren gerei zou brengen, dat zijn vader Nebukadnessar uit de tempel te Jeruzalem had weggevoerd, opdat de koning en zijn machthebbers, zijn gemalinnen en zijn bijvrouwen daaruit zouden drinken. Daarop bracht men het gouden gerei dat uit de tempel, het huis Gods te Jeruzalem, was weggevoerd, en de koning en zijn machthebbers, zijn gemalinnen en zijn bijvrouwen, dronken daaruit; Zij dronken wijn en roemden de goden van goud en zilver, koper, ijzer, hout en steen. Terzelfder tijd verschenen vingers van een mensenhand, die tegenover de luchter op de kalk van de wand van het koninklijk paleis schreven, en de koning zag de rug van de hand, die aan het schrijven was. Toen verschoot de koning van kleur, en zijn gedachten verontrustten hem, zijn heupgewrichten werden los en zijn knieën stieten tegen elkaar. En de koning riep met luider stem, dat men de bezweerders, Chaldeën en waarzeggers zou doen komen. De koning nam het woord en zeide tot de wijzen van Babel: Ieder die dit schrift kan lezen en mij de uitlegging daarvan kan te kennen geven, zal met purper bekleed worden, een gouden keten zal om zijn hals gehangen worden, en hij zal als de derde in het koninkrijk heersen. Toen waren al de wijzen des konings, die gekomen waren, niet in staat het schrift te lezen en de uitlegging daarvan de koning bekend te maken. Daarop werd koning Belsassar ten zeerste ontsteld en hij verschoot van kleur; ook zijn machthebbers waren ontzet. Naar aanleiding van de woorden van de koning en zijn machthebbers trad de koningin de feestzaal binnen. De koningin nam het woord en zeide: O, koning leef in eeuwigheid! Laten uw gedachten u niet verontrusten, en uw kleur verschiete niet: Er is een man in uw koninkrijk, in wie de geest der heilige goden woont, en in wie in de dagen van uw vader verlichting, verstand en wijsheid, als de wijsheid der goden, gevonden werd; hem heeft koning Nebukadnessar, uw vader tot hoofd der geleerden, bezweerders, Chaldeën en waarzeggers aangesteld. Uw vader, o koning. Omdat dan een uitnemende geest en kennis en verstand, uitlegging van dromen, onthulling van verborgenheden en ontwarring van knopen in hem gevonden wordt, in Daniel, aan wie de koning de naam Beltesassar gegeven heeft, laat dan nu Daniel geroepen worden en hij zal de uitlegging te kennen geven. Toen werd Daniel tot de koning gebracht. De koning nam het woord en zeide tot Daniel: Zijt gij die Daniel, die tot de ballingen van Juda behoort, welke de koning, mijn vader, uit Juda heeft weggevoerd? Nu, ik heb van u gehoord, dat de geest der goden in u woont, en dat verlichting, verstand en wijsheid in bijzondere mate in u gevonden worden. En nu zijn tot mij gebracht de wijzen, de bezweerders, opdat zij dit schrift zouden lezen en mij de uitlegging daarvan zouden bekendmaken, maar zij zijn niet in staat de uitlegging van de woorden te kennen te geven;Maar ik heb van u gehoord, dat gij uitleggingen kunt geven en knopen ontwarren; nu dan, indien gij het schrift kunt lezen en mij de uitlegging daarvan kunt bekendmaken, dan zult gij met purper bekleed worden en een gouden keten zal om uw hals gehangen worden, en gij zult als de derde in het koninkrijk heersen. Daarop antwoordde Daniel de koning: Behoud uw geschenken, en schenk uw gaven aan een ander; nochtans zal ik het schrift voor de koning lezen en hem de uitlegging bekendmaken. O koning, God, de Allerhoogste, heeft uw vader Nebukadnessar koninklijke macht, grootheid, eer en majesteit geschonken, En ten gevolge van de grootheid die Hij hem geschonken had, leefden alle volken, natiën en talen voor hem in vrees en beven; wie hij wilde, doodde hij, en wie hij wilde, liet hij leven; wie hij wilde, verhoogde hij, en wie hij wilde, vernederde hij. Maar toen zijn hart zich verhief en zijn geest zich verhardde, zodat hij overmoedig werd, is hij van zijn koninklijke troon gestoten, en heeft men de eer van hem weggenomen; Ja, uit de gemeenschap der mensen werd hij verstoten en zijn hart werd aan dat van de dieren gelijk, en bij de wilde ezels was zijn verblijfplaats; men gaf hem gras te eten als aan de runderen en door de dauw des hemels werd zijn lichaam bevochtigd, totdat hij erkende, dat God, de Allerhoogste, macht heeft over het koningschap der mensen en daarin aanstelt wie Hij wil. Gij echter, zijn zoon Belsassar, hebt uw hart niet verootmoedigd, hoewel gij dit alles wist, Maar gij hebt u tegen de Heer des hemels verheven: men heeft het gerei uit zijn tempel voor u gebracht, en gij en uw machthebbers, uw gemalinnen en uw bijvrouwen hebben daaruit wijn gedronken; gij hebt de goden geroemd van zilver en goud, koper, ijzer, hout en steen, die niet zien of horen of kennis hebben, maar de God, in wiens hand uw adem is en die al uw paden beschikt, Hem hebt gij niet verheerlijkt. Toen is door Hem de rug van een hand gezonden en dat schrift geschreven. Dit is het schrift, dat geschreven is: Mene, mene, tekel ufarsin. Dit is de uitlegging van de woorden: Mene: God heeft uw koningschap geteld en er een einde aan gemaakt; Tekel: gij zijt in de weegschaal gewogen en te licht bevonden; Peres: uw koninkrijk is gebroken en aan de Meden en Perzen gegeven. Toen bekleedde men Daniel, op bevel van Belsassar, met purper en hing hem een gouden keten om de hals, en men riep over hem uit, dat hij de derde heerser in het koninkrijk zou zijn. In dezelfde nacht werd Belsassar, de koning der Chaldeën, gedood.’ Daniël 5:1-30
De koning werd door de Here God niet ‘zwaar genoeg’ geacht om Zijn plannen te volvoeren en moest dus wijken voor een ander. Het komt ons misschien vreemd voor maar het is een feit dat de Here de machthebbers aanstelt en ook weer afzet. Neem nu eens de val van het Oostblok, menselijk gezien zijn het Amerika en het Vaticaan die de opening gemaakt hebben in de Berlijnsemuur maar op de achtergrond had onze Here de regie. In Daniël 10:13 lezen we dat een boodschapper van de Here eenentwintig dagen werd opgehouden door ‘de vorst der Perzen’ en de aartsengel Michaël deze boodschapper ter hulp moest komen. Zo’n ‘vorst’ is niets anders dan een demoon ( gevallen engel) van satan die de werkelijke macht uitoefent over een bepaald land want laten we niet vergeten dat de satan sinds de zondeval is de satan de overste dezer wereld. (Johannes 12:31, Johannes 14:30 en Johannes 16:11) Als we dit weten beseffen we ook dat Adolf Hitler werd beschermd door een ‘overste van Duitsland’ en zelfs de ‘overste van Zwitserland’ werkte mee om doormiddel van de Zwitserse bankiers Hitler te financieren. We mensen denken dat we zélf de strijd moeten voeren maar het is in werkelijkheid een strijd in de hemelse gewesten waardoor wij een dictator kunnen verdrijven doormiddel van onze legers.
Zonde tegen de Heilige Geest.
Besefte het christendom maar dat de afval in de kerken ten diepste niet een zaak van mensen maar van demonen die mensen drijven tot daden tegen onze Here God. Neem nu eens de leringen die sommige predikanten en leraren aanhangen, ze gaan soms zo ver dat ze van onze Here een schertsfiguur maken doordat ze beweren dat alle ‘goden’ de zelfde zijn terwijl Christus Jezus heeft gezegd dat niemand zonder Hem behouden kan worden:
‘Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven; doch wie aan de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem.’ Johannes 3:36
Vele ‘predikers’ beweren dat we niet mogen zeggen dat het christendom ‘exclusief’ is en dat dit een belediging zou zijn voor andere ‘godsdiensten’ maar moeten we dan van onze Here een leugenaar maken? Christus heeft gezegd dat we zonder Hem voor eeuwig verloren gaan en wie iets anders durft beweren is een leugenaar en een valse profeet, ook al heeft zo’n leugenaar een aantal titels voor z’n naam te staan. Beseften de kerken maar waar ze mee bezig zijn en kwamen maar tot inkeer en schuldbelijden want je kan van alles gedaan hebben in je leven en toch wil de Here dit vergeven maar wie Christus Jezus gelijk stelt met een ‘godsdienst’ waarbij demonie voor op staat maakt Hem en daarmee Zijn Geest, de Heilige Geest, tot een leugenaar:
‘Maar wie gelasterd heeft tegen de Heilige Geest, heeft geen vergeving in eeuwigheid, maar staat schuldig aan eeuwige zonde. Immers, zij zeiden: Hij heeft een onreine geest.’ Marcus 3: 29-30
Dergelijke ‘predikers’ zullen wel niet zeggen dat Christus Jezus de genezingen, als ze daar nog in geloven, doormiddel de krachten van Beëlzebub deed maar omdat ze zeggen dat redding en verlossing ook via een andere weg te vinden is maken ze Hem wel gelijkwaardig aan de boze. In het kort komt het er op neer dat een gezamenlijke ‘bidstond’ van de Wereldraad van Kerken, Rome en de andere ‘godsiensten’een zonde tegen de Heilige Geest is!
In onze tijd.
In het voorgaande schreef ik over koning Beltsassar, de man wist dat de vijand voort de poort stond en toch vierde hij een dronkemans feest en sloot hij de ogen voor de werkelijkheid. Hij ging zelfs zo ver dat hij de ‘goden van goud, zilver, koper, ijzer, hout en steen’, goden die geen goden zijn, ging aanbidden. De mensheid van heden ten dage is geen haar beter al denkt ze het wel. In onze dagen worden de ‘goden’ van de sport, luxe, ontspanning en weelde aanbeden en wie ons dat af wil nemen kan op een enorme tegenstand rekenen. We gaan zelfs zo ver dat we een ‘reformatorische piramide’ oprichten om mede-kerkgenoten geld uit de zak te kloppen! Over ‘goden’ gesproken, we doen er alles aan om de ‘god’ Mammon tot vriend te houden. Op het moment dat u dit leest is het heel goed mogelijk dat de economische recessie heeft toegeslagen. Economen verwachten al enkele jaren een zeer zware crisis en als die toeslaat is Leiden in last. Vele christenen hebben zich voor enorme bedragen in een hypotheek gestort die ze op kunnen brengen zolang de (kunstmatige) lage rente blijft maar o, wee als die gaat stijgen! Volgens erkende economen zal de crisis niet lang meer uitblijven en daarom worden professionele beleggers steeds voorzichtiger en nemen ze geen grote gokken meer. In het onderstaande bericht van december 1995 lezen we het volgende:
De toekomst van de verenigde staten
ASHHURST-LIENDEN, Het KNP:
In een recent nummer van ’The McAlvany Intelligence Advisor’ heeft de hoofdredacteur bijna de hele inhoud gewijd aan het onderwerp: De naderbij komende financiële ineenstorting van Amerika (24 blz.). Het is niet de eerste maal dat Donald McAlvany probeert de mensen wakker te schudden, maar hij ziet de vloedgolf dichterbij komen en zegt dat het nu nog een kwestie is van enkele maanden tot uiterlijk twee jaar. Hij voorspelt dat alle welvaart en reserves die in de afgelopen vijftig jaar tot stand zijn gekomen zullen worden weggevaagd. Niet alleen de V.S., maar de hele westelijke wereld heeft menselijkerwijs gesproken haar voortbestaan op het spel gezet. Er wordt in de beurzen erger gespeculeerd dan ooit sinds 200 jaar. Hij citeert de financiële expert Nick Guarino, die in de ’Wall Street Underground’ heeft geschreven dat over de hele wereld met de handel in aandelen en geld wordt gespeeld tot aan de rand van ineenstorting. Er wordt aan papiergeld en aandelen een veel hogere waarde toegekend dan ze hebben. “De gevaren zijn nooit eerder zo groot geweest”. Wie is zich daarvan bewust? Er worden koortsachtig transacties afgesloten zonder dat ze behoorlijk gedekt zijn. Allerlei bedrijven en mensen zitten tot over hun oren in de schuld, zij besteden geen aandacht voor de ver reikende consequenties. “Miljoenen eenvoudige burgers hebben zich ertoe laten verleiden hun spaargeld aan riskante ondernemingen toe te vertrouwen”....
Een andere expert, Robert Prechter, waarschuwt dat er een depressie voor de deur staat die minstens acht jaar zal duren. Hij verwacht dat op de beurs in de V.S. de Dow Jones Industrial Average (een soort economische thermometer) zeer sterk omlaag zal gaan. De nationale schuld van de V.S. heeft de hele investeringswaarde van de bevolking opgeslokt. Wanneer de val komt zullen de banken alles opeisen wat de mensen hebben aangegeven om geld te kunnen lenen (hypotheken e.d.). En dàt gaan ze dan allemaal verkopen voor een lage prijs om aan contant geld te komen want hun kluizen zijn leeg. Het jaar 1929 zal worden herhaald, maar op een grotere schaal. Irving Weiss, die 1929 heeft meegemaakt, zegt in ’Safe Money Report’ (Palm Beach Gardens, Florida): “Terwijl Wall Street lacht, als je de woorden recessie, depressie en ineenstorting noemt... rolt de grote vloedgolf over de Pacific aan naar ons toe, binnen enkele maanden. Het zal ons meer kosten dan de tweede wereldoorlog”... In Japan zijn drie spaarbanken achter elkaar failliet gegaan. Het schijnt dat deze keer de ramp in Tokyo zal beginnen in plaats van Londen (1929) waar het negen maanden duurde voordat het New York bereikte (21 oktober). Hoe snel dit nu kan gaan heeft een voorproefje in oktober 1987 bewezen, toen de Dow Jones in New York 616 punten omlaag viel. De directie geeft toe dat er problemen zijn, die niet zijn opgelost. Donald McAlvany zegt dat het lijkt op poker spelen op de Titanic, als iemand doorgaat met speculeren in plaats van alle aandelen te verkopen nu het nog kan. Voor een paar dollars winst zal men plotseling alles verliezen. Het optimisme van de media is volkomen misplaatst. De Verenigde Staten en Japan hebben een schuldenlast van 45 triljoen dollars. De V.S. worden op de voet gevolgd door Frankrijk en Italië, met verderop Duitsland enz. In Japan zijn verscheidene ontwikkelingsprojecten en bouwplannen stil gezet. De levensstandaard van de gemiddelde Amerikaan gaat achteruit, onherroepelijk! Maar niet voor niets staat2 in Psalm 46, dat God een Toevlucht is en een Sterkte, een Hulp in benauwdheden. Daarom zullen wij niet vrezen...
Lienden, 20 december 1995,
Er staan ons schijnbaar dus grote problemen te wachten en wij varen maar rustig door op onze ‘Titanic’ en laten ons door niets en niemand de luxe en weelde afnemen. We gaan zelfs zo ver dat ons ‘geloof’ in hap klare brokken geserveerd moet worden en enige studie is ons vreemd in tegenstelling met onze ouders die wél onderzochten of de leringen wel in overeenstemming zijn met de Bijbel. We hebben ons in slaap laten sussen door de satan die ons alles heeft gegeven wat nodig was om ons van de Here af te drijven. Ik las eens in een boek van David Wilkerson de volgende parabel:
“Eens op een dag hield de Here God een vergadering in de hemel en bij de aanwezigen was ook de satan. Hij, de satan, mocht daarbij aanwezig zijn omdat hij eens Lucifer de aartsengel was. (Zie: Job 1: 6-12) De Here God vroeg aan satan of hij wel had gezien hoe vroom de christenen leefden en Hij vertelde dat Hij erg tevreden was. De satan was het niet met de Here eens want de Here beschutte volgens hem de christenen op alle kanten, hij zei dat het geen wonder was omdat de christenen in afhankelijkheid van de Here moesten leven voor hun dagelijkse brood. Hij vroeg de Here of hij de christenen mocht overladen met luxe en weelde en volgens hem zou dan het grootste deel afvallen van de Here. De Heer gaf hem toestemming en na een aantal jaren was er weer eens een vergadering wa2ar satan ook weer bij aanwezig was. Lachend stond satan voor de Here en snoefde dat het hem was gelukt een groot deel van de christenheid in z’n ban te krijgen. Hij zei: “Let eens op de welvaarts christenen, ze graaien alles bijelkaar wat ze kunnen, ze maken verre reizen en malen niet om de medemens. Natuurlijk gaan ze zondags naar kerk maar de dominee mag niet al te moeilijk preken en in de naam van geld en goed zijn ze tolerant t.o.v. andere godsdiensten die hen van u afdrijven. De christen van de laatste generatie is een lui welvaarts varken geworden dat gebonden is aan de aarde en haar weelde, ze zullen zich niet meer bekeren en verwachten geen spoedige komst van U naar de aarde.’
Zou het zo zijn gegaan? We weten het niet maar Wilkerson sloeg wel de spijker op z’n kop want in de loop der jaren zijn we met elkaar wel verworden tot een slappe groep mensen. We hebben de moed niet meer om ronduit te zeggen dat iemand een dwaalleer verkondigd, we durven zelfs niet voor ons geloof uit te komen op ons werk en het is helemaal uit den boze om de kerkenraad te vragen een predikant aan te pakken of te weren die van onze Here een karikatuur maakt.
Het is nog niet te laat.
Elke dag leven we nog in de tijd die de Here in Zijn genade aan ons geeft, de kerken zijn nog niet gesloten maar de kans is groot dat binnen afzienbare tijd grote veranderingen komen. De genadetijd kan heel spoedig voorbij zijn en dan is het te laat, dan zullen er velen voor een gesloten deur staan en zal de Here zeggen: ‘Ik ken u niet’. In het volgende Bijbeldeel lezen we daar ook van, tien meisjes gingen gezamenlijk op weg naar een bruiloft en alle tien vielen ze in slaap. Toen de bruidegom er aan kwam schrokken ze wakker......
‘Dan zal het Koninkrijk der hemelen vergeleken worden met tien maagden, die haar lampen namen en uittrokken, de bruidegom tegemoet. En vijf van haar waren dwaas en vijf waren wijs. Want de dwaze namen haar lampen mede, maar geen olie; Doch de wijze namen olie in haar kruiken, met haar lampen. Terwijl de bruidegom uitbleef, werden zij allen slaperig en sliepen in. En midden in de nacht klonk een geroep: De bruidegom, zie, gaat uit hem tegemoet! Toen stonden al die maagden op en brachten haar lampen in orde. En de dwaze zeiden tot de wijze: Geeft ons van uw olie, want onze lampen gaan uit. Maar de wijze antwoordden en zeiden: Neen, er mocht niet genoeg zijn voor ons en voor u; gaat liever naar de verkopers en koopt voor uzelf. Doch terwijl ze heengingen om te kopen, kwam de bruidegom, en die gereed waren, gingen met hem de bruiloftszaal binnen, en de deur werd gesloten. Later kwamen ook de andere maagden en zeiden: Heer, heer, doe ons open! Maar hij antwoordde en zeide: Voorwaar, ik zeg u, ik ken u niet. Waakt dan, want gij weet de dag noch het uur.’ Mattheus 25:1-13
De welvaartschristenen waarover David Wilkerson sprak kunnen we vergelijken met de dwaze maagden, eens gingen ze de weg met de Here op en in naam bleven ze lid van de kerk en in vele gevallen komen ze zelfs elke Zondag in de kerk. De wijze maagden waren ook in slaap gevallen door het lange wachten maar waren zo verstandig geweest extra olie in hun kruiken mee te nemen voor het geval dat één en ander wat langer zou duren. De gemeente van Christus wacht nu al bijna tweeduizend jaren op Zijn komst en terwijl het nu spannend gaat worden vallen vele in slaap en zijn niet berekend op Zijn komst voor de gemeente. Onverwacht zal Hij komen, als een dief in de nacht zal Hij er zijn en alleen degenen die Hem verwachten, olie in hun kruiken hebben bewaard, zullen Hem tegemoet gaan in de lucht. Het woord ‘dief in de nacht’ wil zeggen dat wie niet oplettend is beroofd wordt maar wie waakzaam is zal dit niet zo gemakkelijk overkomen. De apostel Petrus voorzag al dat in onze dagen de mensheid onverschillig zou worden en daarom waarschuwde hij bijvoorbaat al:
’Dit vooral moet gij weten, dat er in de laatste dagen spotters met spotternij zullen komen, die naar hun eigen begeerten wandelen, En zeggen: Waar blijft de belofte van zijn komst? Want sedert de vaderen ontslapen zijn, blijft alles zo, als het van het begin der schepping af geweest is. Want willens en wetens ontgaat hun, dat door het woord van God de hemelen er sedert lang geweest zijn en de aarde, die uit en door het water bestaat, Waardoor de toenmalige wereld is vergaan, verzwolgen door het water. Maar de tegenwoordige hemelen en de aarde zijn door hetzelfde woord als een schat weggelegd, ten vure bewaard tegen de dag van het oordeel en van de ondergang der goddeloze mensen. Doch dit ene mag u niet ontgaan, geliefden, dat een dag bij de Here is als duizend jaar en duizend jaar als een dag. De Here talmt niet met de belofte, al zijn er, die aan talmen denken, maar Hij is lankmoedig jegens u, daar Hij niet wil, dat sommigen verloren gaan, doch dat allen tot bekering komen. Maar de dag des Heren zal komen als een dief. Op die dag zullen de emelen met gedruis voorbijgaan en de elementen door vuur vergaan, en de aarde en de werken daarop zullen gevonden worden. Daar al deze dingen aldus vergaan, hoedanig behoort gij dan te zijn in heilige wandel en godsvrucht, Vol verwachting u spoedende naar de komst van de dag Gods, ter wille waarvan de hemelen brandende zullen vergaan en de elementen in vuur zullen wegsmelten. Wij verwachten echter naar zijn belofte nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont. Daarom, geliefden, beijvert u in deze verwachting, onbevlekt en onberispelijk te blijken voor Hem in vrede, En houdt de lankmoedigheid van onze Here voor zaligheid, zoals ook onze geliefde broeder Paulus naar de hem gegeven wijsheid u geschreven heeft.’ 2 Petrus 3:3-15
Het is nog niet te laat om tot inkeer te komen en weer tot Christus terug te keren, of zelfs het ‘automatische geloof’ dat u bij overlevering hebt ontvangen om te zetten in een levend geloof door voor Hem te knielen en uw zonden te belijden want Hij heeft gezegd dat een ieder die tot Hem komt niet verloren gaat en voor eeuwig behouden wordt.
De heerlijke toekomst.
Voor een ieder die in Christus Jezus gelooft is een heerlijke toekomst weggelegd, ja het is zelfs zo dat Hij hen zal weg nemen voordat de grote oordelen over deze aarde zullen razen want in Openbaring 3:10 en 11 zegt Hij:
‘Omdat gij het bevel bewaard hebt om Mij te blijven verwachten, zal ook Ik u bewaren voor de ure der verzoeking, die over de gehele wereld komen zal, om te verzoeken hen, die op de aarde wonen. Ik kom spoedig; houd vast wat gij hebt, opdat niemand uw kroon neme’. Openbaring 3:10-11
De oordelen die over deze wereld zullen gaan staan beschreven in het boek Openbaring en in dit bestek is het niet nodig daar over uit te wijden maar wanneer we naar de hedendaagse dingen kijken zullen we tot de ontdekking komen dat dit alles niet lang meer zal duren. Christus zal Zijn gemeente wegnemen, deze gemeente bestaat uit gelovigen vanuit alle kerken en daar buiten en na de wegrukking door Hem zal er een religieus systeem van kerken overblijven. Het zou zelfs wel eens zo kunnen zijn dat de leiders vergenoegd vaststellen dat de lastposten die de oecomene in de weg stonden weg zijn. Men heeft wel eens verondersteld dat deze leiders de verdwijning zien als een straf van God voor de ‘dwarsliggers’. Het is natuurlijk ook vervelend voor de oecomene dat die fundamentalisten steeds weer opnieuw zeggen dat de andere ‘godsdiensten’ niet een weg ter verlossing zijn en dat Christus Jezus exclusief is en de enige weg tot behoudt. Laten we met elkaar eens lezen wat de Here ons heeft beloofd:
‘Doch wij willen u niet onkundig laten, broeders, wat betreft hen, die ontslapen, opdat gij niet bedroefd zijt, zoals de andere [mensen], die geen hoop hebben. Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven en opgestaan is, zal God ook zo hen, die ontslapen zijn, door Jezus wederbrengen met Hem. Want dit zeggen wij u met een woord des Heren: wij, levenden, die achterblijven tot de komst des Heren, zullen in geen geval de ontslapenen voorgaan, Want de Here zelf zal op een teken, bij het roepen van een aartsengel en bij het geklank ener bazuin Gods, nederdalen van de hemel, en zij, die in Christus gestorven zijn, zullen het eerst opstaan; Daarna zullen wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zo zullen wij altijd met de Here wezen. Vertroost* elkander dus met deze woorden.’ 1 Thessalonicenzen 3:13-18
* De NBG vertaling geeft het onjuiste woord ‘vermaand’ weer terwijl praktisch alle vertalingen ter wereld het woord vertroost gebruiken.
Hoe lang het nog zal duren voor dat Hij Zijn gemeente komt halen weten we niet, wel staat vast dat de tijd ver gevorderd is en laten we eens denken aan de waarschuwing van de Here Zelf, het kan elke dag zo ver zijn!:
‘Laten uw lendenen omgord zijn en uw lampen brandende. En gij, weest gelijk aan mensen, die op hun heer wachten, wanneer hij van de bruiloft wederkeert, om hem, als hij komt en klopt, terstond te kunnen opendoen. Zalig die slaven, die de heer bij zijn komst wakende zal aantreffen. Voorwaar, Ik zeg u, hij zal zich omgorden en hen aan tafel nodigen, en bij hen komen om hen te bedienen. En wanneer hij in de tweede of in de derde nachtwake komt en hen zo aantreft, zalig zijn zij. Maar weet dit: Als de heer des huizes geweten had, op welk uur de dief zou komen, hij zou in zijn huis niet hebben laten inbreken. Weest ook gij bereid, want op een uur, dat gij het niet verwacht, komt de Zoon des mensen.’
Lucas 12: 35-40
Mocht u vragen en/of opmerkingen hebben over dit artikel kunt u contact opnemen met de aanbieder.