Een huis en een erfenis krijg je van je ouders .. (Spr. 19:14)

In Spreuken 19:14 lees je een bijzondere tekst: “Een huis en een erfenis krijg je van je ouders, maar een wijze vrouw krijg je van de Heer.”.

Wij zijn ons huis aan het verbouwen, het dak wordt gerenoveerd. Nouja, dat wil zeggen: het werk wordt uitgevoerd voor ons door een paar hele kundige bouwvakkers die, zoals je ziet, met toch de nodige risico’s dat aandurven. En wij betalen voor de materialen, hun kennis, kunde en arbeid. Want ik ben ook weer niet zo handig dat ik een compleet dak kan vervangen.

Ik zat eens wat te bladeren door de (online) bijbel naar teksten over ‘huis’. Wat zou de Bijbel eigenlijk zeggen over je woning, het huis waar je in woont en waar we als mensen vaak zo ontzettend veel geld en tijd aan spenderen?

Natuurlijk kennen we allemaal de teksten die gaan over het huis van God Psalm 84:11 over je huis bouwen op de rots, je huis als plaats waar je privé in gebed gaat Matteüs 6:6. Een ‘huis’ kan ook staan voor een familie, we zien bijvoorbeeld ‘het Huis van David’, ‘het Huis van Saul’, en natuurlijk Israël als ‘het Huis van Jakob’ Jeremia 2:4.

Maar wat zegt de Bijbel zoal over onze aardse woning, het (letterlijke) huis waar we in wonen? Mijn oog viel op Spreuken 19:14.

Veel mensen denken dat geld en goed heel erg gelukkig maakt. Ik las recent bijvoorbeeld dat in Amerika een enorme jackpot was gevallen – de winnaar krijgt maar liefst 1,35 miljard dollar! Een bizar bedrag dat je normaliter in een mensenleven niet op kunt maken. Wat móet je toch met zó veel geld?! Maakt zoiets je nou echt gelúkkig?

In de Oud-Testamentische tijd kreeg je (natuurlijk lang niet in alle gevallen) een huis van je ouders kennelijk. Net als een erfenis. Denk aan het verhaal van de “verloren zoon” en zijn oudere broer. De een, de jongste, kreeg het geld, de ander het bezit (de boerderij).

Een wijze vrouw krijg je van de Here

“Maar een wijze vrouw krijg je van de Here!”

De les hier is: geld en goed, krijg je via de menselijke weg. Je werkt er voor (zoals in ons geval) of je erft het. Een goede echtgenote (of echtgenoot) echter is een gift van God (“een bijzondere gave”, Kanttekeningen SV).

De relatie met je partner is veel bepalender voor je leven dan veel geld of een prachtig huis! God vindt een goede relatie tussen partners ongelofelijk belangrijk. Lees bijvoorbeeld in Deut. 24:5

Stel dat een man nog maar kort met een vrouw getrouwd is. Dan hoeft hij niet het leger in om oorlog te voeren. Hij hoeft ook geen ander werk voor het leger te doen. Een jaar lang mag hij thuisblijven om zijn vrouw gelukkig te maken.”

De wet van Israël schreef dus een ‘wittebroods-periode’ van één volledig jaar voor! En heel specifiek wordt gezegd dat de man géén dienst in het leger hoefde te doen om zijn vrouw gelukkig te maken. Dat is niet vrijblijvend. Dat was een ópdracht!

Een vrouw als bezit?

Vaak hoor je heel negatieve dingen als het over de Bijbel en vrouwen gaat; recent nog verweet iemand mij dat de Bijbel, in het Oude Testament, een vrouw als “bezit” afschilderde, “op hetzelfde niveau als een koe of een ezel”. En daarmee was de Bijbel in zijn ogen een heel verwerpelijk boek.

Dat is een negatieve manier van inkleuren van Gods Woord met als doel het Woord onderuit te halen, weg te zetten als een ‘achterhaald’ boek ‘uit een achterlijke zandbakcultuur’.

Willens en wetens wordt voorbijgegaan dat een man niet “als een koe” zijn vrouw in bezit had, laat staan haar zo moest behandelen, maar het als “bezit” had dat hij moest koesteren en waarderen – als een kóstbaar bezit, waar je heel zúinig op bent!

Salomo komt hier dan ook op terug in Spreuken 18:22

Wie een vrouw gevonden heeft, heeft iets goeds gevonden, en de goedgunstigheid van de HEERE verkregen.”

God bewijst je een gunst, als man, wanneer je een goede vrouw mag vinden. Belangrijk echter is natuurlijk dat het een vrouw is die ook zo over een relatie denkt; die het ziet als een relatie welke van God gegeven is. Want anders kun je in een situatie terecht komen welke Salomo ook schildert; ruzie en onmin Spreuken 19:13.

In het Nieuwe Testament zien we die lijn doorgezet wanneer Paulus schrijft: “Mannen, heb uw eigen vrouw lief, zoals ook Christus de gemeente liefgehad heeft en Zich voor haar heeft overgegevenEfeze 5:25, Kolossenzen 3:19.

Paulus stelt de man voor “als het hoofd” 1 Korinthe 11:3, net als Christus het hoofd van de Gemeente is. Daar zetten de meeste mensen, vooral mannen en feministes, een grote punt. “De Man Is Het Hoofd!” – en dus heeft de vrouw zich maar te voegen? Dat hoofd zijn betekent echter niet dat je “de baas bent over de vrouw”, het betekent: je óvergeven, dienstbaar zijn, alles over hebben voor de vrouw die je als gave van God hebt gekregen – zoals Christus de Gemeente ‘verworven’ heeft.

Een dak boven je hoofd

En zo kom ik dan terug bij de dakrenovatie… een huis, voldoende financiële middelen, een auto voor de deur. Heel veel mensen zien het als ‘zegeningen van God’. Natuurlijk, je mag dankbaar zijn voor je omstandigheden. Maar geeft God je dat? Hoe dan met de mensen in de 3e wereld, in oorlogsgebieden?

Materiële zegen?
Hoe kun je claimen materiële zegeningen te ontvangen van God wanneer een ander omkomt van de honger? Mensen die lijden onder natuurrampen? Vindt God jou beter dan hen, dat Hij jou zo (materieel) zegent? Terwijl andere broeders en zusters in deze wereld creperen van de honger en in ellende leven?

Vindt God dat uitgerekend jij recht hebt op geld en goed terwijl je ouders of (over)grootouders in de 2e Wereldoorlog hebben geleden onder de bezetting van de Nazi’s? “Sinds 2013 zijn er wereldwijd meer dan 100 oorlogen begonnen en ongeveer de helft daarvan zijn nog steeds gaande.” (Artsen zonder Grenzen). Dat wij nu in vrede en welvaart leven is meer geluk dan wijsheid en niet aan een persoonlijke zegen op jouw leven, van God, te danken.

Eerder schreef ik al eens: “God zegent niet in materiële zegeningen. Wanneer we gericht zijn op “materiële zegen” zijn wij niet gericht op de Hemelse Zegen, niet gericht op de Hemelse zaken, dan zijn wij niet gericht op God!”

Relatie is zegen van God
Een goede relatie echter mag je wél als zegen van God zien, sterker nog, de Bijbel zegt dat een goede relatie een gave van God is. Het is zelfs een zegening die Christus en de gemeente spiegelt; vandaar ook dat een relatie veelal als een ‘drievoudig snoer’ Prediker 4:12 wordt bestempeld.

Hoe kan het dan dat, ook onder christenen, er zo vaak moeizame of zelfs slechte relaties zijn? Dan heb ik het niet over een keer onderlinge onmin of moeilijke periodes in het leven maar een relatie waarin mensen elkaar niets gunnen en ‘haat en nijd’ de boventoon voeren. Ook daar spreekt Spreuken over immers? Dat begint met de (wederzijdse) ingesteldheid van de partners.

Hoe zie je je partner, als een gave van God? Begin daar eens mee… met, als man, je vrouw te zien zoals Christus Zijn Gemeente ziet. Begin als vrouw eens te kijken naar je man zoals de Gemeente haar Hoofd ziet, die alles gegeven heeft en elke dag voorbede voor haar doet, vgl Hebr. 7:25; Rom. 8:34 (en dat is dan ook de táák van de man: priesterschap voor zijn gezin!).

Dan kan het bijna niet anders dan dat er een goed en gezegend samenzijn onder één dak zal zijn!

 

 

Terug naar document-overzicht
Dit artikel wordt u aangeboden door Stichting Yarah.
Mocht u vragen en/of opmerkingen hebben over dit artikel kunt u contact opnemen met de aanbieder.