Goede Vrijdag. Duisternis over het hele land.
Goede Vrijdag. Duisternis over het hele land.
De drie uur durende duisternis tijdens de kruisiging is een van de bekendste elementen uit het Bijbelse verslag van Jezus’ sterven. De gebeurtenis wordt duidelijk beschreven in drie van de vier evangeliën. Wat minder bekend is, is dat je die donkere uren ook tegenkomt bij vroege historici, zoals blijkt uit onderzoek van het populairwetenschappelijke tijdschrift Weet Magazine.
Veel christenen herdenken op Goede Vrijdag de kruisiging en dood van Jezus. Tijdens de executie vond er volgens de Bijbel een vreemde gebeurtenis plaats: het werd op klaarlichte dag drie uur lang donker.
En het was reeds ongeveer het zesde uur en er kwam duisternis over het gehele land tot het negende uur, (45) wand de zon werd verduisterd. En het voorhangsel van de tempel scheurde middendoor. (46) En Jezus riep met luider stem: Vader, in uw handen beveel Ik mijn geest. En toen Hij dat gezegd had, gaf Hij de geest. (Luc. 23:44)
Geen zonsverduistering
Deze opvallende duisternis wordt vaak afgedaan als een zonsverduistering, maar die theorie houdt geen steek. Jezus werd immers de dag voor Pesach (een belangrijk joods feest) gekruisigd, en Pesach vindt altijd plaats bij volle maan. Dat betekent dat er op dat moment geen zonsverduistering plaats kan vinden. Bovendien duren zonsverduisteringen maar een paar minuten, geen drie uur. Dat laat duidelijk zien dat er geen sprake was van een gewone zonsverduistering. Wat nog opmerkelijker is, is dat de duisternis ook wordt genoemd door oude geschiedschrijvers.
Africanus
Eén van de vroege historici die naar de vreemde periode van duisternis verwijst is Sextus Julius Africanus (160-240 n.Chr.). Deze man stond bekend om zijn geweldige historische kennis en schreef het vijfdelige Geschiedenis van de Wereld. Africanus schrijft: “Over de hele wereld drukte een zeer angstaanjagende duisternis; en de rotsen werden door een aardbeving gescheurd, en vele plaatsen in Judea en andere districten werden verwoest.” Ook citeert hij ene Thallus, een Grieks historicus die waarschijnlijk een tijdgenoot van Jezus was, maar waarvan de originele geschriften helaas verloren zijn gegaan. Africanus noteert: “Thallus verklaart in het derde boek van zijn geschiedenissen de duisternis als een zonsverduistering.”
Africanus schuift ook een citaat van de Griekse historicus Phlegon (2e eeuw) naar voren. Die schreef dat er in de tijd van Tiberius Caesar, die regeerde van 14 tot 37 n.Chr., een volledige verduistering was van 12 uur tot 3 uur ’s middags, “zodat er zelfs sterren aan de hemel verschenen.”
Kosmische gebeurtenis
Ook de vroegchristelijke apologeet Tertullianus (160-230 n.Chr.) noemt de vreemde duisternis. Hij zag die als een kosmische gebeurtenis op wereldschaal: “In hetzelfde uur werd ook het licht van de dag teruggetrokken, toen de zon juist op dat moment op het hoogst stond.” En zijn lezers konden zelf checken of het klopte, want Tertullianus voegt eraan toe: “U hebt zelf het verslag van de wereldverduistering nog in uw archieven.”
Meer buitenbijbelse bronnen
Volgens Aantekeningen bij de Bijbel is er slechts één buitenbijbelse bron die spreekt over deze duisternis.
De enige buiten bijbelse bron van deze duisternis is van Phlegon in zijn “Olympiades” waarin hij melding maakt dat tijdens de verduistering de sterren zichtbaar waren.
Weet Magazine heeft hier dus een aantal interessante bronnen weten aan te boren die overeenstemmen met het Bijbelse verslag. De genoemde vermeldingen laten duidelijk zien dat de Bijbelschrijvers niet zomaar wat uit hun duim zogen en dat het Bijbelse verslag een betrouwbaar beeld geeft van de gebeurtenissen rond en aan het kruis.
Mocht u vragen en/of opmerkingen hebben over dit artikel kunt u contact opnemen met de aanbieder.